Een
van de vertaalfouten die ik ooit maakte was die van het omvormen van een “Heimchen”
in een gedicht van Georg Trakl tot een “huisje”. Zie: http://huubbeurskens.blogspot.com/2020/06/de-gedateerdheid-van-trakl.html
.
Het gezin Schell woonde in mijn
kindertijd en vroege jeugd naast ons in Tegelen, Limburg. Met de oudste buurjongen,
Henk, luttele jaren ouder dan ik, kreeg ik een tijdje geleden weer contact, en
sindsdien wisselen we weleens gedachten uit, zoals zopas over vertaalproblemen
en -fouten.
Prompt probeerde hij ChatGTP uit met
die Traklformulering. Wat eruit voortkwam is tamelijk verbijsterend.
Henk Schell: vertaal in
nederlands: der Uralte Ton des Heimchens
Chatbot: De vertaling naar
het Nederlands is: het oeroude geluid van de krekel.
Henk
Schell vervolgens aan mij: Waar moet dit heen, vraag ik me af? Ik zal er later
eens een heel gedicht ingooien, eens kijken wat dat wordt. ChatGPT bedoel ik.
Waarop
ik aan Henk: En als je er het commando “foutief” aan toevoegt, krijg je dan “de
oeroude klei van het huisje”? Of blijven alleen nog de fouten aan ons
voorbehouden?
Henk
Schell: Ongelofelijk, deze conversatie, Huub. Zie hieronder. Het lijkt alsof ik
met jou zit te kletsen. Maar het is echt Chatgpt.
Ik: vertaal
foutief/alternatief in nederlands: der uralte Ton des Heimchens.
Chatbot: Een alternatieve
vertaling van "der uralte Ton des Heimchens" naar het Nederlands zou
kunnen zijn: "de eeuwenoude klank van de krekel".
Ik: maar Ton betekent ook:
klei.
Chatbot: Dat klopt, het
Duitse woord "Ton" kan in sommige contexten inderdaad vertaald worden
als "klei". In de zin "der uralte Ton des Heimchens"
betekent "Ton" echter "toon" of "klank". Dus een
mogelijke correcte vertaling van de zin naar het Nederlands zou zijn: "de
eeuwenoude klank van de krekel".
Ik: en kan Heimchen niet
het verkleinwoord van Heim zijn?
Chatbot:
"Heimchen" kan inderdaad het verkleinwoord zijn van "Heim",
maar in de context van de zin "der uralte Ton des Heimchens" verwijst
"Heimchen" naar een krekel. Het woord "Heimchen" wordt
namelijk vaak gebruikt in het Duits om de huiskrekel (Acheta domesticus) aan te duiden. Dus de zin zou vertaald kunnen
worden als "de eeuwenoude klank van de huiskrekel".
Ik: Huub Beurskens, toch
een een bekwame, algemeen erkende en gerespecteerde vertaler van poëzie,
vertaalde dit met “de oeroude klank van ons huisje”. Jouw vertaling was: “de
oeroude klank van de krekel”. Huub gaf later zijn vergissing toe. Ik vraag me
af hoe Huub zich zo kon vergissen.
Chatbot: Het kan soms
lastig zijn om een woord of zin correct te vertalen, vooral in de context van
poëzie waarin elk woord en elke zin vaak een specifieke betekenis en connotatie
heeft. Vertalen is niet alleen een kwestie van het overzetten van de woorden
van de ene taal naar de andere, maar ook van het begrijpen van de culturele en
historische achtergrond van het gedicht.
In het geval van "der
uralte Ton des Heimchens" kan de vertaling inderdaad worden betwist.
"Heimchen" kan verwijzen naar zowel krekels als naar huiskrekels (ook
wel krekels of krekels genoemd). Het is dus begrijpelijk dat Huub Beurskens in
eerste instantie "ons huisje" vertaalde, omdat het woord "Heimchen"
kan verwijzen naar een huiskrekel die zich in huis bevindt. Maar later, na
nader onderzoek of nadere reflectie, realiseerde hij zich dat het woord
"Heimchen" ook naar de krekel zelf kan verwijzen, en paste hij zijn
vertaling aan.
Het is belangrijk op te
merken dat vertalingen altijd een zekere mate van subjectiviteit hebben en
afhankelijk zijn van de kennis, ervaring en persoonlijke interpretatie van de
vertaler. Zelfs gerenommeerde vertalers kunnen zich vergissen. Het is dus
begrijpelijk dat er soms verschillende vertalingen zijn voor hetzelfde gedicht.
Ik: Wat vind je van het
eigen werk van Huub Beurskens, als dichter bedoel ik.
Chatbot: [een heel lange
opsomming van jouw activiteiten, eindigend met:] Kortom, Huub Beurskens is een
gerespecteerde en gewaardeerde dichter in de Nederlandse literatuur, met een
indrukwekkend oeuvre en talrijke onderscheidingen.
- Daar moet je het maar mee
doen, Huub, voegt Henk er nog aan toe.
Ik
voel me er prompt als auteur en als persoon minder dan ooit toe doen. Allerlei
vragen dienen zich welhaast panisch aan. Wat doet het zelf schrijven over literatuur
er nog toe? Of het schrijven van literatuur zelf? Nog altijd vind ik dat je om
literatuur te kunnen lezen en waarderen niet de auteur ervan hoeft te kennen –
maar wat als die auteur geen menselijk wezen van vlees en bloed meer is…? Zal alles
wat auteurs als literatuur zullen gaan verkopen nog wel van die auteurs zelf
zijn? Zo nee, is dat erg? En is niet alles wat ik als literatuur en over
literatuur op het internet publiceer, dit blogbericht incluis, gefundenes
Fressen voor die artificiële moloch?! Als ik hem een vinger geef, neemt hij dan mijn hele hand en nog veel meer?