zondag 31 oktober 2010

DE ZYKOVMETHODE - I

Russisch lees, versta en spreek ik niet. Ik reisde voor een verhoopt mooie laatste oktoberweek naar een plek in de Middellandse zee en nam als lectuur wat Brodsky mee, dat wil zeggen een bundel met in het Nederlandse en een bundel met in het Duits vertaalde gedichten van deze Russische poëet: Ex Ponto, met vertalingen door Peter Zeeman (2000) en Römische Elegien und andere Gedichte met vertalingen door Felix Philipp Ingold (1985). De bundels bevatten nogal wat identieke gedichten, ik bedoel vertalingen van dezelfde originelen, want wat me frappeerde – ik had de vertalingen nooit zo direct naast, door en over elkaar gelezen – waren juist de enorme verschillen tussen de resultaten. Natuurlijk was er al het basisgegeven van het verschil tussen beide vertaaltalen. En zeker wanneer je als vertaler zoveel mogelijk het rijm, dat Brodsky vrijwel altijd gebruikte (‘Een dichter sterft met een rijm op zijn lippen.’), in je versie recht wilt blijven doen, is het evident dat het Nederlands je andere voorstellen zal doen dan het Duits. Ook meende ik er min of meer vanuit te mogen gaan, hoewel ik dat dus niet vermocht te controleren, dat de aanpak van Peter Zeeman (slavist maar bij mijn weten zelf geen dichter) ‘getrouwer aan de originelen’, zoals dat heet, of minder ‘vrij’ zou zijn dan die van de Zwitserse hooggeleerde slavist, van wie ik eigen, dat wil zeggen nogal eigengereide gedichten kende. Maar dat de verschillen ook semantisch zo uitgesproken zouden zijn dat ik me begon af te vragen wie en wat ik eigenlijk zo doende aan het lezen was, had ik niet verwacht.


De vertalers hebben bijvoorbeeld allebei de ‘Venetiaanse strofen’ in hun bloemlezing opgenomen, twee maal een reeks van acht genummerde octaven die kennelijk in het Russisch per kwatrijn alternerend rijmen. Dit is er een vertaald door Ingold:

(...)

Zie het nieuwe bericht van 4 november.

donderdag 14 oktober 2010

HEDENDAAGS DIOSCURISME

'Hedendaags dioscurisme', voor het eerst verschenen in de essaybundel Circus Fernando (1995), is gratis HIER te downloaden in pdf-formaat.

zaterdag 9 oktober 2010

SVEN VITSE - ESSAYS

Net verschenen bij uitgeverij het balanseer: Tekstbestanden van Sven Vitse, met daarin onder meer een fraai essay met alle aandacht voor 'het antropocentrisme van Beurskens': 'Huub Beurskens wordt vaak een natuurdichter genoemd, en tegelijk lijkt niemand zich echt gemakkelijk te voelen bij dat etiket. (...) Geen puur eco- of antropocentrisme, veeleer een antropocentrisme als noodzakelijke voorwaarde voor een (bijgevolg onzuiver) ecocentrisme - en wellicht ook omgekeerd. Beurskens lijkt de dialectische kiem in het denken van Emerson te radicaliseren. Waar Emerson de metaforische uitwisseling tussen geest, natuur en taal in laatste instantie onderwerpt aan de geest, lijkt deze dialectiek bij Beurskens van begin- en eindpunt ontdaan. Dit past alvast bij de zogeheten dioscuristische poëtica van de auteur, die stelt dat (...)' Enzovoort.

Verder in dit boek boeiende beschouwingen over onder meer 'Het postmodernisme en de crisis van links', Jacq Vogelaar en kampliteratuur, het werk van C.C. Krijgelmans, en kritische stukken over veelgelezen en jubelend ontvangen romans van onder anderen Tom Lanoye en Erwin Mortier.

zondag 3 oktober 2010

DE MAPTEST

Een van mijn vrienden geeft les aan de kunstacademie die hij en ik zelf ooit als studenten bezochten. Hij had laatst een discussie met een eerstejaars student over het aanschaffen van een map.

‘Jawel,’ liet hij me weten, ‘zo’n map waar wij trots mee rondliepen. We zaten op een kunstacademie en dat straalden we graag uit. Deze student nu wilde zo’n map beslist niet aanschaffen. Zijn motief was dat hij de map lastig vond in het openbaar vervoer… Van het ene op het andere moment was de map een metafoor geworden voor de hele kaalslag die de huidige generatie kenmerkt. Luiheid, desinteresse en arrogantie vieren hoogtij. De laptop lost alles op! Reflectieverslagen, daar worden de leerlingen steeds beter in.


Zelf ben ik ook meer dan eens de map als metafoor of symbool tegengekomen in mijn onderwijspraktijk. Zo had ik een examenleerlinge, afkomstig uit een allesbehalve op kunst en cultuur gericht milieu, die in mijn ogen uitzonderlijk getalenteerd was. Ik stimuleerde haar werk voortdurend en besprak met haar de mogelijkheden van een studie aan een kunstacademie. Ze dacht er een week over na, om me toen te komen melden niet naar zo’n academie te willen. Op mijn vraag waarom niet, antwoordde ze dat ze dan met zo’n map over straat moest en dat de mensen haar raar zouden vinden. Dat heb ik altijd bijzonder spijtig gevonden. Maar de gebeurtenis onderstreepte wel de artistieke macht van de map.

Misschien komen tegenwoordig de verkeerde studenten op kunstacademies, dat wil zeggen, misschien worden er verkeerde selectiecriteria gehanteerd. Ik zou pleiten voor het invoeren van een ‘maptest’, waarbij het mapdragend vermogen, de mapbereidheid van de kandidaten wordt gewogen. Al mijn examenleerlingen Kunst (momenteel een stuk of vijftig) hebben zo’n map en tot mijn geruststelling vinden de meesten het nog altijd stoer genoeg om ermee door school en over straat te lopen (met het nieuwste model BlackBerry in de andere hand uiteraard).

vrijdag 1 oktober 2010

OVER VESTDIJKGEDICHTEN

De lezer is een bijziende op weg naar vergezichten.
Nieuwe lectuurnotities van een myoop, over gedichten van Simon Vestdijk, op De Reactor.

ZOEKEN EN VINDEN

Ik hou van kunstenaars die zoeken omdat ik hou van kunst die vindt.