Ik snap niet meer wat ik niets liever wil,
hoe je dat als dichter doet: betrokken over
de shit der wereld dichten of over je lieve
schat ontroerd, in plaats van vol argwaan,
lijfeigen eigen – ‘Zo lang zal coulantie toch
niet duren?’ –, aldoor te blijven lopen, staan,
zitten, liggen luisteren en loeren naar en in
het
eigen lijf dat zich beraamde om me niet te
laten
ontkomen uit zijn niet van me wijkend mij met
zich mee doen bezwijken, van zijn oorschelpen
met mijn heelal ertussen tot ruimte straks voor
wat aarde in zijn linker- en zijn rechterschoen.
© HB – eerste
staat, 12.01.2020]