Het uiterlijk van een boek interesseert me
zeer. Denk ik. Wat mijn eigen boekpublicaties betreft ben ik vele jaren later
nog altijd te spreken over het voorplat van de essaybundels Circus Fernando en Buitenwegen, over het uiterlijk van onder meer de verhalenbundels Badhok en Sensibilimente of de roman Kid.
Slecht, want zowel qua beeld als belettering rommelig vind ik de buitenkant van
O mores! Toch heb ik van begin af aan
het meest moeite gehad met voorplat en rug van mijn roman Leila (1993). En dat terwijl de vormgeving in handen was van Zeno,
die de eerste vier hier genoemde titels vormgaf alsook tekende voor een paar
fraaie ontwerpen van dichtbundels (Charme,
Hollandse wei).
Of
een ander omslag de roman commercieel wél gered zou hebben? Ik betwijfel het,
maar ik zou er wel een beter gevoel aan over hebben gehouden. Want het
uiterlijk van een boek interesseert me zeer. Dacht ik.
Na
bovenstaande overpeinzing ging ik eens na hoe boeken die mezelf vrijwel meteen
dierbaar waren en dat zijn gebleven er eigenlijk uitzagen en er dus nog steeds
uitzien.
Een
van mijn oudste, buitengewoon dierbare uitgaven uit mijn boekenbezit is geen
roman – uiteraard –, maar een nogal wetenschappelijke – ! – publicatie die ik
moet hebben gekocht toen ik een jaar of 13/14 was: Speurtocht in de prehistorie, de Nederlandse vertaling van Prof.
Dr. G.H.R. Von Koenigswald, Begegnungen
mit dem Vormenschen, een simpele Prismapocket (nr. 722) uit 1962. Het
omslag heb ik nooit echt mooi gevonden, de tekeningen binnenin waren stukken
fraaier en vooral interessanter. Maar de schilder R.B. Kitaj maakte ooit een
reeks litho’s van omslagen van boeken die voor hem iets hadden betekend: in
mijn reeks zou het Speurtochtomslag
op nummer 1 komen.
Ik
werd toch geen paleontoloog en naderhand kwam de literatuur. Ik kijk eens wat
er zoal door mij als twintiger werd binnengehaald en wat nog altijd, hier
praktisch recht voor me, op mijn planken met favorieten staat. Franz Kafka’s
verhalen natuurlijk, maar in een verlokkende verpakking, als eyecatcher...?
Met flappen waarover het ontwerp doorliep, net
als op de achterkant. Van grote invloed toen: ik ging hetzelfde brilmontuur dragen
als de 11 jaar oudere hippe dichter! Maar dierbaar? Nee, al lang verdampt. Dat
Verhagen de P.C. Hooftprijs kreeg voor zijn poëzie lijkt me nog steeds een dwaling in
commissie.
Het
uiterlijk van een boek interesseert me zeer. Maar zo heel belangrijk is het ook
weer niet, denk ik, althans voor de inhoud.